Zeal & Ardor exploreert de creatieve ruimte op ‘GREIF’

door Jonas Van Laere

Wat als Amerikaanse slaven niet Jezus maar Satan hadden omarmd?” Het klinkt als het begin van een provocatieve sketch. Toch was deze gedachte daadwerkelijk de kiem die tot het ontstaan van Zeal & Ardor heeft geleid. Wat begon als een experimenteel project op het internet, groeide uit tot een unieke combinatie van black metal en negrospirituals waarmee de band snel een cultstatus verwierf. Nu, op hun vierde album ‘GREIF’, laat Zeal & Ardor opnieuw hun eigenzinnige karakter zien, met een sound die zowel vertrouwd als verrassend is.

Zeal & Ardor behoort tot die eigenzinnige metalbands die bij een breed(denkend) en veelzijdig publiek aansluiting vindt. Manuel Gagneux, het brein en bezieler achter Zeal & Ardor, liet zich nooit leiden door verwachtingen en was ook na enkele succesvolle platen niet van plan om dat te doen. Voor wie dacht dat Zeal & Ardor opnieuw hun kenmerkende mix van soul, blues en metal zou herhalen, komt ‘GREIF’ als een onverwachte wending. Inspiratie haalde Gagneux daarvoor bij een jaarlijkse traditie uit zijn geboortestad Basel waarbij de griffioen, die de cover siert, een hoofdrol speelt. 

Om met de deur in huis te vallen, ‘GREIF’ dringt (black) metal grotendeels naar het achterplan. Naar Zeal & Ardor normen, mag de plaat enigszins als gladde rockplaat bestempeld worden. Wie nu de neiging heeft om af te haken: alle begrip. Ook wij hadden wat inlooptijd nodig. Het is even zoeken naar het evenwicht tussen het vertrouwde Zeal & Ardor geluid, de nieuwe impulsen en de balans tussen beide. Wie geleidelijk wil wennen, raden we het midden van de plaat als startpunt aan. ‘Clawing out’ is het meest beklijvende nummer. Met een dreiging die doet denken aan Korn, voelt ‘Clawing out’ aan als een rituele verzetsstrijd. Samen met ‘Hide in shade’ – dubbele bassdrums, black metal screams, vinnige gitaren als extreme exploten in dienst van de gospel – schurken ze het dichtst aan bij de vertrouwde sound van de band.

Een opvallend aspect van ‘GREIF’ is dat de bandleden voor het eerst intensief betrokken waren bij het opnameproces. Allen zijn ze in het bezit van dezelfde jeugdherinnering aan de folklore uit hun thuisbasis Basel. Waarom dit belangrijk is? Omdat ‘GREIF’ nogal wat nostalgische elementen herbergt en dit mogelijks een verklaring vormt voor de invloeden die we op de plaat herkennen. Het verlangen naar weleer vinden we terug in het woordeloze ‘Une ville vide’ dat zweeft tussen de sfeer van Stranger Things en de originele gameboy-generatie. Die laatste invloed is ook terug te vinden in het soulvolle ‘Go home my friend’. Een nummer dat samen met gospelprediker ‘369’ dicht aanleunt bij het geluid van Algiers. 

Liefhebbers van actiefilms uit de jaren ‘90 of ‘00 zullen zich verheugen tijdens ‘Fend you off’. Het nummer zou met de ietwat grotesque, dramatische aanpak zomaar de ‘Take a look around’ van Zeal & Ardor kunnen worden. Dat Limp Bizkit één van de guilty pleasures van Gagneux is, zouden we in deze niet meteen toeval durven noemen. Ondanks Gagneux’ bewering dat er geen strategisch plan achter zit, lonkt dit album wel degelijk naar een bredere fanbase met enkele stevige (stoner) rock nummers. Vooral ‘Sugercoat’ zou moeiteloos, inclusief black metal touch, een plaats kunnen veroveren op één van de platen uit het Queens of the Stone Age-universum. 

Enkele verrassende ballads zorgen voor de nodige portie onverbloemde emotie. ‘Solace’ is een eerder traag, (melo)dramatische nummer dat uit het oeuvre van Benjamin Clementine lijkt te zijn weggelopen en evolueert naar een muzikale climax met onmiskenbaar Zeal & Ardor-stempel. ‘Are you the only one now?’ klinkt dan weer als een black metal-versie van een breekbare Amenra-track.

Stilstaan is achteruitgaan, vandaar de lof voor de durf van Zeal & Ardor. ‘GREIF’ bevat interessante nummers maar mist als geheel een duidelijke samenhang. Het spannende en provocatieve karakter heeft hier en daar plaatsgemaakt voor een iets makkelijker verteerbaar geluid. Desondanks is het uitkijken naar hoe de nummers live tot hun recht komen en hun plek vinden tussen het ouder werk. Mogelijks nog boeiender is hoe Zeal & Ardor verder zal evolueren.