Fenomeen volgens Van Dale: “1. Ieder waarneembaar (natuur)verschijnsel 2. Zeldzaam verschijnsel”. Graag sturen we bij, want een heikel maar belangrijk punt vergeten: “3. Omar Souleyman”. Al kan deze ook onder zijn eigen naam het woordenboek in; “1. Syrische technoverschijning, opererend als oase van opzwepende en positieve dapke 2. Bedrijvige woestijnrat van middelbare leeftijd, niet vies van Westerse impulsen”.
Souleyman had als Syrische bruiloftszanger ruim vijfhonderd bootleg albums op zijn conto staan, wanner Sublime Frequencies uit Seattle vanaf 2006 besloot met enige regelmaat enkele van zijn compilaties op de wereld los te laten. Ondertussen is zijn tweede officiële plaat ‘Bahdeni nami’ uitgebracht door Monkeytown Records, waarmee hij meteen ook aan platenlabel nummer drie zit. Hierop kleurt hij zijn glorieuze reputatie nog wat verder bij. Nadat de man zelf al enkele remixen voor Björk’s ‘Biophilia’ maakte, is het nu de beurt aan Four Tet, Modeselektor en Gilles Peterson om Souleyman bij te staan. Het resultaat is Arabische folkmuziek – dapke – met een serieuze technosluier die de tjingle-tjangle in het lokale pittakot ver overschrijdt en het potentieel heeft om elke vorm van dansgelegenheid naar een hoger niveau te laten klimmen.
Onze eerdere ervaringen met Arabische muziek, veelal ontspruitend uit gsm’s en autoradio’s van onze medemensen – vergis je trouwens niet, wat je hoort zijn heel vaak romantische liederen – zijn nooit bijster hoopgevend geweest voor de doorbraak van het genre. De overkill aan klefheid in een onverstaanbare taal met platcommerciële context vormt vaak de basis van dit onbegrip. Valkuilen waar Souleyman moeiteloos ronddartelt, waardoor het aantrekkelijk exotisch gehalte van de Arabische klanken meteen de hoogte in gaat. Met vijf nummers van de zes die op meer dan zeven minuten afklokken, wordt dan ook tijd gegund om de muziek te savoureren. Bovendien zijn dropbeats, breaks, opzichtige we-werken-naar-een-climax-versnellingen en andere makkelijke technotrucs achterwege gelaten. De langzamere beats spannen liever een amalgaam aan Oosterse instrumentaria voor hun kar om de spanningsboog beetje bij beetje strak te trekken. Geen snelle duik in het gegeerde oase-water, maar een uitgekiende onderdompeling.
Zo worden de erogene zones der danskriebels tijdens de titelsong subtiel geprikkeld, met dank aan Four Tet en tot groot jolijt van het bewegingslibido. ‘Leil el bareh’ fungeert daarna als woestijnoctopus die met zijn armen voortdurend gemoedelijk naar alle kanten zwiert en op die manier de ene impuls na de andere vastgrijpt. Toch houdt zijn standvastige kern de ledematen mooi in het gareel. Moesten we er niet zoveel plezier aan beleven, we zouden het een fata morgana durven noemen. Het door Modeselektor geproducete ‘Enssa el aatab’ doet dan weer verlangen naar trouwfeesten waar er geen plaats is voor ‘De Marie-Louise’, ‘Le lac du connemara’ en ‘Ich bin wie du’, maar waar de dj avontuurlijk draait en toch alle generaties samen op de dansvloer krijgt.
Kortom, Omar S. slaagt er met ‘Bahdeni nami’ in om een pak nieuwe zieltjes voor zich te winnen en hierbij vooral de vooroordelen omtrent Arabische muziek stevig te nuanceren. Of je dit album kost wat kost in je collectie moet opnemen laten we in het midden, maar als Souleyman in de buurt een trouwfeest komt hosten wordt het tijd om je innerlijke partycrasher een avondje zijn ding te laten doen.
Album verdeeld door N.E.W.S.