‘Engravings’, het debuut van Forest Swords (Matthew Barnes), stond in 2013 terecht in heel wat eindejaarslijstjes. De producer wist zich te onderscheiden van verwante artiesten als James Blake, Mount Kimbie en Burial met een uniek geluid. Vooral de dubelementen zorgden voor meeslepende songs, die op een goed geluidssysteem pas helemaal tot hun recht kwamen. Na zo’n sterke plaat waren de verwachtingen voor een opvolger hooggespannen, en Barnes liet ons er vier jaar op wachten.
Het is altijd afwachten hoe een producer met zo’n unieke sound het aanpakt voor een vervolgplaat. In het geval van Forest Swords blijven de kenmerkende bassen gelukkig aanwezig. Dat element zorgt er op zich al voor de je meteen wordt meegezogen in het donkere universum van de artiest. Daarnaast komen ook veel kleinere elementen die ‘Engravings’ zo’n rijke plaat maakten terug. Klinkt ‘Compassion’ dan als een doorslagje van zijn voorganger? Ja en nee, en dat is op zich niet erg.
Barnes wist namelijk als Forest Swords zo’n sound neer te zetten die onlosmakelijk met hem verbonden was, dat een totaal ander geluid niet in de lijn der verwachtingen lag. Desondanks merk je een zekere evolutie op deze plaat. Zo zijn stemmen meer aanwezig, hoewel ze nog steeds onverstaanbaar zijn en ten dienste staan van de productie. Daarnaast is een afwisseling tussen zowel mannen- als vrouwenstemmen, maar beiden met eenzelfde hypnotiserend effect. Hoewel alles zo wat in elkaar dreigt over te vloeien, zijn er toch songs die al meteen opvallen. Het grootste voorbeeld is ‘Raw language’, met klapgeluiden die je eerder aan Tomorrowland zou linken dan Forest Swords. Ook ‘Panic’ is mede door de Oosters aandoende sound zo’n pareltje dat om aandacht schreeuwt.
Op ‘Compassion’ gebeurt weinig wat we nog niet gehoord hebben op ‘Engravings’, maar zijn er net voldoende subtiele extra’s die onze aandacht wel weten vast te houden. Op zich is het natuurlijk absoluut niet erg dat een artiest die zo sterk zijn stijl weet, die ook doortrekt op een tweede album. Forest Swords weet ons opnieuw mee te trekken in zijn wereld, maar net iets minder dwingend dan hij in 2013 deed.