We kunnen de voorbije zeven studioalbums van Black Rebel Motorcycle Club eenvoudigweg opdelen in drie categorieën: je hebt ‘The effects of 333’ (instrumentaal en weinig toegankelijk), ‘Howl’ (folky, akoestisch, makkelijk verteerbaar) en ‘de rest’ (smerige, rauwe shoegaze-folky-bluesy rock-’n-roll). Het is bij de aankondiging van nieuw BRMC-materiaal steeds spannend afwachten tot welke van de drie het nieuwe werk zal behoren. In het geval van ‘Wrong Creatures’ is dat ‘de rest’. Jammer voor de velen die op een tweede ‘Howl’ zitten te wachten, maar ons hoor je niet klagen.
De tekstloze, spookachtige intro ‘DFF’ doet ons wat denken aan ‘The effects of 333’ dat BRMC in 2008 enkel online te koop aanbood. Het bouwt de spanning op en wekt nieuwsgierigheid naar wat volgen zal. Dat is ‘Spook’: een goed opgebouwde song waarvan de strofe ons hard doet denken aan ‘Hate the taste’ uit ‘Specter at the feast‘ (2013). We zitten glimlachend met onze gedachten terug bij de voorstelling van ‘Wrong creatures’ enige tijd geleden in de Antwerpse Roma. “It’s just another song, then it’s gone“, zingt Peter Hayes. Zo bescheiden niet, jongens. It’s not just another song, it’s another fucking great song. Hopen dat ze dat niveau kunnen aanhouden.
Het niveau aanhouden doen ze wel, maar er volgt meteen een reeks zware, duistere nummers. Eén voor één laten die zich kenmerken door een sterke opbouw – er is duidelijk lang aan gesleuteld – maar ze halen ook de snelheid uit het album en brengen te weinig variatie. Het door Robert Levon Been gezongen ‘King of bones’ is van het iets minder toegankelijke soort en komt wat te vroeg op de plaat langs. Hier zijn we nog niet klaar voor, we hebben meer opwarming nodig. Met ‘Haunt’ schakelen de Californiërs nog een versnelling lager, alsof we op een plaat van Grandaddy zijn beland.
‘Echo’ laat zich vooral kenmerken door een sterke outro. ‘Ninth configuration’ en ‘Question of faith’ kennen opnieuw een zorgvuldig opgebouwde structuur maar komen nooit echt tot een hoogtepunt. We beginnen zin te krijgen in meer uptempo en gevaarlijke BRMC. ‘Little thing gone wild’ komt daarom als een verademing. Eindelijk wat snelheid met dit vuile in your face rocknummer. Ook ‘Circus bazooka’ is de moeite waard. Het wordt gedreven door een leutig orgeltje en brengt een voor BRMC wat ongekende sound.
De plaat besluit met ‘All rise’, een klassieke ballad met een mooie melodie. Wanneer de laatste tonen zijn weggeëbd blijven we met een wat verweesd gevoel achter. Alsof je net een goed pak slaag hebt gekregen waarvan je even moet bekomen. ‘Wrong creatures’ is er vooral voor de fans van de lomere, donkerdere BRMC. Naar onze mening hadden er wat meer snelle, rechttoe rechtaan rock-’n’-roll-songs op mogen staan. Dat is tenslotte waar ze erg goed in zijn.