Iemand nog op zoek naar dé geschikte soundtrack voor de zwoele zomeravonden die eraan zitten te komen? Dan hoef je niet lang meer te zoeken, de nieuwe plaat van Arsenal is er. “Lokemo” klinkt alweer net iets anders. Toch blijft het basisrecept hetzelfde: zomerse beats en snedige melodieën die stilstaan onmogelijk maken. Het is een dijk van een plaat geworden, en we twijfelen er geen seconde aan dat Belgisch’ meest unieke muziekcollectief ook met dit album menig concertzaal en festivaltent in de fik zal zetten.
Erg lang heeft de stilte rond Arsenal niet geduurd. In 2008 verscheen met “Lotuk” hun derde langspeler. Met het titelnummer en “Estupendo” hadden ze twee hitsingles beet die de hele zomer niet van de radio of uit de hoofden weg te denken waren. Een jaar later volgde een absolute triomftocht in twee uitverkochte AB’s en een bloedhete Marquee op Rock Werchter. Dit jaar doen John Roan en Hendrik Willemyns beter: in april en mei staan er maar liefst vijf doortochten in de AB gepland, een teken dat Arsenal hotter is dan ooit. Wij verwachten dat de release van “Lokemo” de liefde alleen nog maar zal verscherpen.
Dat de nummers op “Lokemo” absolute floorfillers zijn lijkt nu al buiten kijf te staan. We konden eerder al kennis maken met “Melvin”, de eerste single die nu ook grijsgedraaid wordt op de radio. Een geweldige schijf, maar wat als we durven stellen dat dit zelfs niet de meest opzwepende song van de plaat is? Vanaf titelnummer “Lokemo” eist het keyboard meteen een onweerstaanbare hoofdrol op. En die wordt nauwelijks nog afgestaan: de intensiteit die van onder meer “One Day At A Time”, “Pacific” en “High Venus” afdruipt, hebben wij dit jaar nog niet gehoord. De zomerse vibes en de catchy melodieën zijn het sprekende bewijs van het gevoel voor aanstekelijkheid en ritme waarin deze band grossiert.
De evolutie van Arsenal is opmerkelijk: op “Lokemo” is nauwelijks nog sprake van Braziliaanse composities (denk maar aan swingende singles als “A Volta” en “Saudade Pt. 2”) of de occasionele hiphoptouch. In dat kader herinneren we ons nog de glansrol van Baloji op “Personne Ne Bouge” en die van Mike Ladd op het recentere “Turn Me Loose”. Nu trekt Arsenal duidelijk de kaart van toegankelijke en sfeervolle dancerock. Zo zou het opwindende “Satellites” meteen op het laatste Underworld-album geplaatst kunnen worden. Dat alles wil niet zeggen dat hun zin voor experiment verdwenen is: de bevreemdende afsluiter “Sunn Drums” is een collaboratie met undergroundgroep Depotax, en klinkt ook behoorlijk “ondergronds”. Onze mental image hierbij: groezelige kelders en zakken vol drugs. Je bekijkt zelf maar wat je ermee doet.
Wat evenmin weg is: de massale inbreng van gastartiesten. Mike Ladd maakt op “One Day At A Time” een geslaagde terugkeer, en ook Shawn Smith (Brad, Satchel en Pigeonhead) is opnieuw van de partij: hij neemt de vocals in “Pacific” en “Melvin” voor zijn rekening. In het tragere “Fear of Heights” horen we Mélanie Pain (bekend van Nouvelle Vague) dan weer schitteren. Andere aanwezigen, bekend of minder bekend: Johnny Whitney (the Blood Brothers en Jaguar Love) op “Lokemo”, “High Venus” en “Glitter & Gold”, en Ken Andrews (Failure) op “Satellites”. Steeds weer brengen al die mensen op hun eigen manier een toegevoegde waarde aan de songs. Het houdt de muziek uniek en de groep levendig.
Dat Arsenal springlevend is staat buiten kijf: met “Lokemo” hebben ze in onze ogen hun meest eclectische plaat tot dusver afgeleverd. De zomer is in aantocht, en we hebben het vermoeden dat dit wel eens dé zomer van Arsenal kan worden. Het weze hen alvast gegund.
Score: 4,5/5