Er zijn zo van die groepen die zodanig tot de verbeelding spreken dat ze in je hoofd een mythische status hebben. Dat kan zelfs zonder ze live gezien te hebben of zonder materiaal dat uitgebracht werd nà je geboorte. Sleep is zo’n band. Hun laatste album ‘Dopesmoker’ mag dan wel pas officieel voor het eerst in 2003 gereleased zijn in zijn originele vorm, eigenlijk dateert de opname van 1995. Die plaat was trouwens de reden waarom de band in ’95 de gitaren aan de haak hing. Hun label vond de plaat – die bestond uit één nummer van een uur – unmarketable en weigerde ze uit te brengen. Het trio kon dat niet begrijpen en besliste dat ze niets meer te zoeken hadden in een wereld die zo over hun muziek denkt.
Slecht nieuws voor elke metaljunkie die Sleep later ontdekte, want ‘Dopesmoker’ is en blijft een ijkpunt in de stoner metalscene. De groep live zien – wat volgens ooggetuigen een van de imposantste dingen ooit was – bleef altijd een verre (natte) droom. Tot de groep in 2009 opeens terug bijeen kwam voor enkele reünieshows. Tegen 2014 wist Sleep hun fans zelf mee te delen dat ze terug officieel een band waren en bezig waren aan nieuw werk. Het zou duren tot 20 april van dit jaar eer dat nieuw werk als verrassing gereleased werd (4/20, je snapt het wel. Of niet.) maar The ‘Sciences’, hun eerste originele werk in meer dan twintig jaar bleek wel een schot in de roos. Toch was het vooral de aankondiging van een uitgebreide livetour die fans volledig zot maakte.
Daaronder ook ikzelf. Na zeven jaar wachten op een kans om de band live te zien in deftige omstandigheden, viel de puzzel eindelijk perfect in elkaar. Een twee uur lang durende set in een zweterige AB? Count me in. Maanden op voorhand keek ik dus vol verlangen uit naar die bewuste zondagavond. Aangezien ik een arme freelancejournalist ben en me probeer in te zetten voor het milieu natuurlijk, reis ik meestal met de trein naar optredens. De jaren hebben me geleerd dat een fuck-upmarge aan de orde is om eventuele vertragingen op te vangen. Het optreden begon om 20:30, ik stond in het station van Brugge om 18:03. De treinrit duurt normaal een uur en vier minuten. Wel, dit is niet de plaats of het medium om mijn gal te spuwen over wat er allemaal misliep gisteren maar om 21:10 stond ik in de Ancienne Belgique. Daarmee is alles gezegd én misten we de helft van de show. Moving on.
Gitarist Matt Pike, drummer Jason Roeder en bassist-zanger-oppergod Al Cisneros waren bij mijn aankomst net een welverdiende pauze aan het nemen na de eerste 45 minuten van hun set. De intensiteit van hun loodzware riff-driven muziek kruipt in de kleren natuurlijk. Het tweede deel begon met een trip down memory lane: ‘Aquarian’ vanop Holy Mountain (1993). Ik lette vooral op Roeder want de drummer van Neurosis is er pas sinds 2010 bij ter vervanging van Chris Hakius, die de band na de initiële reünie verliet. De manier waarop Roeder met de precisie van een scherpschutter de zware bas- en gitaarriffs begeleidde en aanvulde was een zegen om naar te luisteren. Niets te veel, niets te weinig, alles op zijn plaats. Het is iets waar Sleep erg goed in is; balans. Met zijn drieën creëeren ze erg gelaagde lappen muziek maar ze overdrijven nooit. Wanneer Pike – de bastaardzoon van Tommy Iommi van Black Sabbath – tijdens ‘Antarticans thawed’ een epische solo afstak, kwam dat nooit patserig of pronkerig over. Als er iets patserig aan de epische gitarist is, dan is het dat hij nooit een t-shirt aan heeft op het podium. Niet bij Sleep, niet bij High On Fire, zijn andere groep. Er bestaan memes over Matt Pike. Ze zijn hilarisch. Dan hebben we het nog niet gehad over Al Cisneros, de oppergod van de bassisten. Hoe hij het doet is mij een raadsel maar zijn basgeluid is werkelijk een van de meest herkenbare ooit. Vooraan in de mix, fuzzed-out zonder té distorted te klinken en met een punch die elke aangeslagen noot recht in je maag plant. Zijn zangstijl is dan weer van de apathische soort, zweverig maar toch zo direct. Zijn zware stem vertelt bijna intonatieloos over het lot van de Weedians, de Marijuanauts en de lange tocht naar the riff-filled land. Die tocht gaat door woestijnen, over bergen en door bossen met weedbomen. Oh, had ik u al meegegeven dat deze band ooit een kwart miljoen dollar aan marijuana uitgaf om Dopesmoker op te nemen? Dat verklaart voor onbekenden meteen ook het een en ander.
Die ‘Dopesmoker’ kwam trouwens nog aan bod in de bissen, zij het niet het volledige uur maar een zeven minuten durende partitie. Toch voelde het fantastisch om eindelijk, na al die jaren en uren luisteren, een deel van dit optreden mee te maken en enkele legendarische nummers live in mijn oren geramd te krijgen. Ik wilde na afloop – ik kreeg uiteindelijk zo’n 45 minuten optreden – natuurlijk nog meer maar kan me voorstellen dat wie het volledige optreden meegemaakt had zeker en vast voldaan was en zich ergens in de riff-filled land bevond. Opdracht geslaagd dus voor Sleep, maar ik hoop hen toch snel terug te zien. Dan geef ik de NMBS een herkansing.
In de Ancienne Belgique kan je binnenkort Chad Vangaalen (29.05); Courtney Barnett (30.05) en Rolling Blackouts Coastal Fever (31.05) aan het werk zien. Een volledig overzicht en tickets vind je op de website van de zaal.