Het uitbrengen van dansmuziek is steevast een evenwichtsoefening. Hoe klink je opzwepend en opwindend genoeg voor de dansvloer zonder de luisteraar in de intimiteit van de huiskamer te vervelen? Zonder zwetende lijven, loodzware bassen, flitsende stroboscopen en te veel drank in je hoofd is de wereld nu eenmaal anders. We zagen de jongste jaren veel geslaagde experimenten verschijnen, van Aphex Twin tot Trentemøller over Plastikman. Het is muziek die zowel in de club werkt als op koptelefoon. Grootste gemene deler: het donkere karakter van de muziek, waarbij de beats je eerst genadeloos de onderwereld insleuren om je daarna verweesd achter laten met droefgeestige synths.
Londenaar Daniel Avery debuteerde vijf jaar geleden met het alom geprezen ‘Drone logic’, dat een regelrechte aanslag was op hoofd en lijf. Nu is er eindelijk de opvolger in de vorm van ‘Song for alpha’ en het is van bij de opener ‘First light’ meteen duidelijk: deze keer verkent de geluidsarchitect alle kanten van het elektronische universum. Niet langer zullen donkere technodreunen de hoofdmoot uitmaken, er wordt gekozen voor een door ambient getekend geluid. Het levert geen bom op zoals ‘Drone logic’, maar een geraffineerd werkstuk dat zijn geheimen slechts mondjesmaat prijsgeeft. Zo duurt het even voor je nummers als ‘Stereo L’ en ‘Projector’ helemaal kan doorgronden, wegens het minimalistische, repetitieve karakter en het ontbreken van een opzichtige beat. Het is veeleer voer voor doorzetters dan voor doorwinterde acid house-liefhebbers.
Avery lijkt zelf te beseffen dat hij die fans van het eerste uur evenwel niet wil kwijtspelen en gooit er met ‘Sensation’ een housetrack achteraan in de stijl van Trentemøllers ‘Last resort’. Ingrediënten: knisperende, gitzwarte beats en pulserende bassen doorsneden met synths als mistgordijnen. Ook in ‘Diminuendo’ levert hij een soortgelijke knalprestatie, inclusief goedkeurend geknik bij de break halfweg en het terug invallen van de onweerstaanbare bassen en beats. Het toont aan dat Daniel Avery de club niet helemaal vaarwel wil zeggen en dat hij het in zich heeft de vaandeldrager van de duistere techno te worden.
Hoe interessant de andere experimenten vormelijk ook mogen zijn, stiekem is het jammer dat hij niet vaker de weg van ‘Sensation’ en ‘Diminuendo’ bewandelt. De andere nummers exploreren meer de richting van ambient en downtempo elektronische muziek en zoals wel vaker het geval binnen dat genre, blijven we wat op onze honger zitten. ‘Citizen // knowhere’ klinkt als Boards Of Canada zonder inspiratie en in de acht minuten durende afsluiter ‘Eternity’ gebeurt simpelweg te weinig om te blijven boeien. Wel interessant genoeg zijn ‘Clear’ met zijn huilende sirenes en het melancholische ‘Slow fade’ dat we al kenden van een vooraf uitgegeven ep.
Zo balanceert ‘Song for alpha’ iets te onevenwichtig op de grens tussen verveling en opwinding en blijft het knaleffect van ‘Drone logic’ enigszins uit. Beweren dat de plaat saai is, doet de werkelijkheid evenzeer onrecht aan, daarvoor is Daniel Avery eenvoudigweg te getalenteerd en te bedreven in het knutselen met geluiden. Maar mochten we toch een voorstel mogen doen: iets meer acid house kan de beleving enkel ten goede komen.
Daniel Avery speelt vrijdag 13 juli op Dour.