Ruw, intens en verrassend: dat zijn de drie kernwoorden die ‘The sound of the Belgian underground 2018’ het beste samenvatten. Afgelopen zondag bracht Subbacultcha in de AB een gevarieerde muzikale mengelmoes, van klassevolle hiphop tot oprechte noise rock helemaal naar industrial techno. Het was een avond die je onderdompelde in de rijkdom van de Belgische muziekscene, en dan vooral de artiesten die de radio niet halen. Al zou dat voor een groot deel van de opgevoerde groepen wel eens snel kunnen veranderen…
Afya Konadu, als artieste gekend als AFIA, mocht vroeg in de namiddag de spits afbijten. Deze Antwerpse zangeres, producer en songwriter bracht soul met een experimenteel en donker randje. De muziek klonk oprecht en vernieuwend, maar spijtig genoeg miste AFIA nog net dat tikkeltje zelfvertrouwen om haar muziek helemaal tot z’n recht te laten komen. Desondanks viel aan de performance vooral het groeiperspectief op. Afya bewees een artieste te zijn met een gedegen passie voor muziek, die ze liet doorschemeren in de talloze invloeden en inspiratiebronnen. Dit optreden was een opwarmertje voor zowel de avond als de artiest, en beide leken nog veel in petto te hebben.
Afya werd opgevolgd door Salle Gosse. Deze band, bestaande uit drie familieleden –moeder, dochter en zoon –, creëerde huiselijke lo-fi rock met een stevige toets punk en innovatie à la Pixies. Met een overenthousiaste moeder op de drums, een jarige multi-instrumentalist als zoon en een dochter die met momenten wat deed denken aan Kim Deal, vormden ze de perfecte mix voor een stevige familiale rocksessie.
Christine Denamur speelde haar eerste show meteen in de Box van de AB. Subtiele, onvoorspelbare en goed gedoseerd in complexiteit opgestelde beats werden afgespeeld vanop een laptop, waarna Denamur haar stem een centrale rol liet spelen. Bij het eerste optreden van een artieste, en zeker voor zo’n publiek, zou je enige onwennigheid verwachten. Dat was echter allesbehalve het geval: Christine Denamur wist het publiek snel te overtuigen en te bedwelmen in een ideale, zweverige stemming. Het optreden was sereen en niettemin krachtig, waarbij zowel klank en beeld vlot in elkaar overvloeiden. Eén van de eerste hoogtepunten van de avond, en we kijken reikhalzend uit naar haar eerste ep.
De ietwat donkere sfeer die werd opgetrokken door Christine Denamur werd voortgezet door Vaal. Was post-new wave een ding, dan was deze groep sowieso het uithangbord. Zowel invloeden van Joy Division als The Cure vielen te herkennen, ontdaan van al het dansbare. Elektronische drum in combinatie met experimentele gitaar en synth zorgden voor krachtige ambient en soundscaping, af en toe doorkruist door de ongenadige stem van Arjen Verswijvelt, ook gekend als zanger en gitarist bij Maze. Het was een optreden om bij weg te zweven, in te dommelen, in angstzweet terug wakker te schrikken en op het einde wat versuft achter te blijven. Voor sommigen zal deze beschrijving niet al te positief klinken, maar in het geval van Vaal betekent het puur genot.
Het hoogtepunt van de eerste helft van ‘The sound of the Belgian underground’ werd uiteindelijk afgeleverd door Le 77. Eerlijk is eerlijk: de Brusselse rappers speelden de rest van de line-up helemaal naar huis. Rauwe energie, gebracht met een perfecte balans tussen de stemmen van Félé Flingue en Peet – in combinatie met de beats van Morgan – maakten van dit optreden simpelweg een mokerslag. De heupen in de AB begonnen eindelijk wat los te komen, en zeker toen ook nog eens Blu Samu en Zwangere Guy de rappers op het podium kwamen vergezellen, was het feestje compleet. Deze laatste beschreef Le 77 als “the next big thing”, en als we kijken naar het recente succes van rappers zoals Roméo Elvis willen we dit gerust geloven. Le 77 bracht de meest onstuimige set tot dan toe, met een aanstekelijke vitaliteit als resultaat. Gelukkig was erna een iets langere pauze voorzien, om even op adem te kunnen komen en ons mentaal voor te bereiden op de tweede helft van ‘SOBU’.
Na de pauze volgde een kleine domper. Het tussen sludge en doom metal balancerende Wolvennest, volgepakt met psychedelische soundscapes, wist niet te overtuigen. De muziek was bovenal repetitief en monotoon: twee kenmerken die vaak terugkomen bij het hardere en tragere spectrum van metal, maar voor Wolvennest simpelweg niet werkten. Zelfs als fervent drone-luisteraar was het moeilijk helemaal mee te gaan in de eindeloze herhalingen van de groep. Alhoewel er in theorie innovatieve elementen in de muziek leken te zitten, waaronder het intensief gebruik van een Theremin, kwam dit in de praktijk niet tot z’n recht. De in brand gestoken kruiden met patchouliegeur, alsook de clichématige oosterse/psychedelische visuals op de achtergrond, slaagden er niet in om dit alles recht te trekken.
Gelukkig kwam Obsequies snel ten tonele. De muziek van de jonge Brusselse producer werkte in eerste instantie voornamelijk aritmisch en bevreemdend. Loeiharde elektronische beats vormen de telkens onvoorspelbare basis voor wat dé soundtrack van de Apocalyps zou kunnen zijn. Alhoewel moeilijk vast te pinnen, maakt Obsequies vooral prachtige en meeslepende muziek met invloeden uit de industrial techno of producers als Arca. Dit culmineerde in een ijzersterke set gestoeld op eigenheid, die de kracht van pure muziek in de verf wist te zetten. Het liet de lichamen verstijven, maar de geesten losbandig vrij.
Crowd of Chairs zou ons vervolgens terug met beide voetjes op de grond plaatsen. Het Gentse noise-rock trio maakte de voorbije jaren al heel wat furore, onder andere door in 2015 De Beloften te winnen, een muziekconcours georganiseerd door Democrazy. Recent kwam ook hun eerste en veelgeprezen album ‘Fuck fuck fuck’ uit. Ook in de AB bewees Crowd of Chairs wat ze waard zijn: passioneler wordt rock zelden gebracht. Van begin tot eind gaf het trio alles wat ze in zich hadden, het publiek moest het slechts aanschouwen en ondergaan. Of hun noiserock ooit een groot publiek zal aanspreken valt te betwijfelen, al palmden ze Brussel een dik half uur helemaal in.
Na Crowd of Chairs stonden nog twee optredens op het programma. AIR LQD, alhoewel een Brusselse producer, stelt zelf niet aan één specifieke plaats of achtergrond gelinkt te zijn. Zo is hij ook actief binnen collectieven in Parijs en Berlijn. Met zijn strakke techno wist hij de AB voor eventjes de allures te geven van een club uit deze laatste stad. Dansbare electronica, ingebed in de rave-cultuur, vulde de zaal. Af en toe werd het feesten doorbroken door postpunk-invloeden: Mehdi Kernachi bezit namelijk een alter ego, en eenmaal hij zijn mond naar de micro brengt gaat wat volgt door merg en been. Een ideale combinatie van twee stijlen, dat tegelijk zorgt voor kippenvel als danspasjes.
Met al negen bands die de revue gepasseerd waren, stond ons nog één afsluiter te wachten. Het was reeds een intense avond vol prikkels en inspiratie, maar hét hoogtepunt van de avond moest nog volgen. Dat werd ons namelijk op een dienblaadje geserveerd door Golin. Haar muziek komt voort uit haar choreografie praktijk, en dat is op het podium ook te zien. Niet alleen de oren werden gesoigneerd, visueel speelde zich een hedendaags en intrinsiek dansspel af, waarbij Golin als een bosfee door haar eigen muziek dwarrelde. Muzikaal is het niet evident om de Brusselse producer en zangeres in een hokje te plaatsen. Minimalistische maar verfijnde elektronische beats werden op de achtergrond afgespeeld, die met momenten wat deden denken aan Bonobo. Het was echter pas het moment dat Golin haar stem hiermee liet ineenstrengelen, dat dit culmineerde in een ruwe, intense en verrassende act (niet toevallig ook de kernwoorden voor heel de dag), die op de treinrit terug nog lang zou blijven nazinderen. Aan eender wie die de krans krijgt om Golin live aan het werk te zien: dit is een onmisbare performance!
De tien gevarieerde optredens bewezen voornamelijk één iets: België zit volgepakt van getalenteerde en inspirerende artiesten. Dat Subbacultcha met een initiatief als ‘The sound of the Belgian underground’ deze muzikanten een podium geeft in een zaal als de AB, kan dan ook alleen maar worden aangemoedigd. Ons blijven voornamelijk de optredens van Golin, Le 77 en Crowd of Chairs bij, al zagen we bij het merendeel van de artiesten heel wat groeipotentieel.