Na de ordinaire braspartij op Pukkelpop die het moeilijk maakte om nog over een ‘concert’ te spreken, was het bang afwachten in welke toestand Mac Demarco het podium zou betreden. Tot groot jolijt was het deze keer met een opgewekte snuit en een flesje water (!) in de hand – en dat kwam de muziek alleen maar ten goede. De Canadese cultheld keerde terug naar de essentie van zijn werk. Simpele dreampop/indierock zonder al te veel tierlantijntjes. Voor een keer amper blote lichaamsdelen, schunnige anekdotes of alcoholmisbruik.
Mac stond scherp en begon met een snijdend en glijdend ‘On the level’, ongetwijfeld een van de betere nummers uit zijn recentste album. Hij wisselde vlot tussen oud en nieuw werk, waarbij vooral het oudere tot vreugdedansjes uitnodigde. Bij hit ‘Viceory’ gingen de iPhoneschermen voor het eerst massaal de lucht in. Grappig hoe het publiek zelfs de gitaarriffs meeneuriede. ‘Freaking out the neighborhood’ was zo’n nummer waarvoor de term catchy in het leven werd geroepen en ‘Chamber of reflection’ was opnieuw een schimmige ode aan de eenzaamheid.
Vintage Mac tracks dus, maar tegenwoordig kan hij het ook op een andere manier. De uitvoering van zijn recentste album ‘This old dog’ gebeurde vaak semi-akoestisch met een minimale begeleiding waardoor de weekhartige woorden helder weerklonken in de uitverkochte zaal. Nieuwe nummers als ‘For the first time’ en ‘Dreams for yesterday’ bleken rustpunten in de set en ademden intimiteit uit. Bovendien wisten ze het publiek relatief stil te krijgen. Wie had ooit gedacht dat deze vrolijke Frans zo’n gevoelige jongen kon zijn?
Die ongeziene openheid maakte hem bereikbaarder, waardoor een stel aandachtshoeren steeds opnieuw het podium betrad voor hun eigen moment de gloire. “Fuck off with that selfie shit”, liet de frontman optekenen. Toegegeven, de grens tussen uitbundigheid en sereniteit was moeilijk af te tasten. Zo zat er een groot contrast in de overgang tussen het lollen met bh’s en het spelen van een van zijn zwaarlijvigste nummers ‘My old man’.
Mac en zijn kornuiten lieten hun instrumenten rammelen en kraken, geheel binnen die heerlijke lofi vibe. Spelplezier bleef het sleutelwoord. Dus was er natuurlijk ruimte voor ongegeneerd vertier, vervormde stemmetjes en spelletjes tussen de zanger en zijn band. Ze speelden een duidelijke gimmick om zo nonchalant mogelijk over te komen, terwijl het eigenlijk gewoon een stel steengoede muzikanten was. Hun aloude trucje met de legendarische cover van Vanessa Carlton waarbij alleen de eerste zin (making my way downtown) gezongen werd, werkte nog steeds op de lachspieren en hun onverwachte versie van de Star Wars soundtrack zweefde ergens tussen what the fuck en een brede glimlach.
Afsluiter ‘Together’ werd onderbroken door een vrij tot zeer geniaal intermezzo. In een lang uitgesponnen karaokesessie kon en mocht alles. De drummer bleek een verborgen entertainer die eigenzinnige (lees kattevalse) versies bracht van allerhande klassiekers van 50 Cent, Tupac, Weezer, Red Hit Chili Peppers en nog veel meer. Je kan dat afdoen als flauw, maar een optreden van Mac bloedserieus opvatten is zowaar nog flauwer. Trap wat lol, laat je meeslepen in hun enthousiasme. Ga niet op zoek naar die perfecte gitaarsolo of loepzuivere zang. Er mag al eens een hoek af zijn. Je bent tenslotte op een concert van Mac Demarco.