Vol goede verwachtingen trokken we op woensdag 8 oktober richting Handelsbeurs. Daar viel immers Trixie Whitley te bewonderen in een uitzonderlijk intieme setting. Enkel geruggesteund door Filip Wauters (gitaar) en Annelies Van Dinter (backing vocals en percussie) liet ze heel wat nieuw materiaal los op het Gentse publiek.
De eerste die achter de piano mocht kruipen was echter Tout Va Bien. De jonge Mechelaar – in 2013 nog één van de winnaars van Studio Brussels De Nieuwe Lichting – leek verlegen bij zijn bindteksten, maar die bedeesdheid smolt als sneeuw voor de zon van zodra hij begon te spelen. We kregen een mooie set te horen die ons bij momenten deed denken aan een James Blake, maar dan zonder dub. Jammer genoeg leek een flink gedeelte van het publiek het belangrijker te vinden om nog vlug de laatste nieuwtjes met elkaar uit te wisselen voor het aan Trixie Whitley was. Desalniettemin was het zeker een geslaagde opwarmer.
Op 8 oktober 2014 speelden Trixie Whitley en Tout Va Bien in de Handelsbeurs te Gent. Nick De Baerdemaeker was erbij, met fototoestel. Alexander Spriet pende een verslag neer.
Een schuchtere goedenavond en één aanslag op de piano, meer had Trixie Whitley niet nodig om de uitverkochte Handelsbeurs het zwijgen op te leggen. En of jullie stil waren, zelfs tussen de nummers door kon je een speld horen vallen. Het noopte de in Gent geboren zangeres zelfs tot een verbaasde “jullie mogen gerust praten hoor.”Als je het ons vraagt: liever niet.
Maar goed, terug naar de muziek. Na een lang uitgesponnen piano-intro volgde een adembenemende versie van ‘Pieces’, dat we nog kennen van het gelauwerde debuut ‘Fourth corner’. Van die langspeler hoorden we verder ook onder meer ‘Gradual return’ en ‘Hotel no name’, waarbij die laatste zelfs even Trixies innerlijke Nick Cave deed bovendrijven. Daartussen nam de zangeres uitgebreid de tijd om nieuw materiaal voor te stellen, meteen ook het meest boeiende gedeelte van de set.
Maar liefst zeven kersverse songs had Trixie Whitley voor ons in petto. Of deze allemaal op haar aankomende album zullen terecht komen weten we niet, en daar is de zangeres zelf waarschijnlijk ook nog niet helemaal uit. Wat we wel weten is dat deze avond de uitgelezen kans was om ze al eens uit te testen op een publiek.
‘The visitor’ liet op ons de grootste indruk na. Als een oefening om een zodanig traag liedje te componeren dat het haast ongemakkelijk wordt, omschreef Whitley het zelf. Ongemakkelijk werd het echter nooit, integendeel. Het was juist het uitgelezen moment om voor eventjes de ogen te sluiten en mee te drijven op de zachte pianoklanken waarop Trixies doordringende stem zich neervlijde. Puurder en intiemer dan dit is haast onmogelijk. Willen we ook graag nog eens terughoren: die mooie ballad ‘New frontiers’ en het intrigerende, haast swingende ‘The shack’.
“De zaadjes zijn geplant, maar moeten zich nog doorontwikkelen.” Beter dan de zangeres zelf kunnen we het niet omschrijven. In ieder geval prijzen we ons gelukkig dat we deel mochten uitmaken van dat groeiproces richting nieuwe plaat; wij vonden het in ieder geval allemaal erg veelbelovend klinken. Afscheid nemen deed Trixie Whitley in stijl met enkele oudere nummers: een prachtige uitvoering van ‘Breathe you in my dreams’ werd gevolgd door een korte bisronde met ‘Never enough’ en het zachte ‘Oh, the joy’.