Een tienjarig jubileum, een nieuwe plaat op komst en bakken veel goesting om dat allemaal op het podium te vieren. We hadden Charles Cave, bassist en tekstschrijver bij de groep, aan de lijn die ons in een sappig Brits accent vertelde over de wilde plannen en verhalen over dat nieuwe album.
De band koos ervoor om de plaat simpelweg ‘Five’ te noemen, hoewel die keuze niet echt van een leien dakje is gelopen. “Voor we een album benoemen, kijken we eerst altijd of er een songtitel past voor het gehele album, een bepaald nummer de hele plaat kan omschrijven of misschien zelfs een zinnetje uit een nummer”, begint Cave. “Meer dan elk ander album hadden we het gevoel dat er zo veel verschillende zaken gaande waren die niet echt in een woord of zin te vatten waren door de nummers die we hebben geschreven, verschillende thema’s en verhalen of klanken die aan bod komen. Als we dat wel hadden gedaan dan zou de aandacht misschien wel te veel gegaan zijn naar een specifiek nummer terwijl er niet echt een is dat het hele album kan omvatten.”
Achter het hele artwork voor de plaat zat tevens een heel proces. “We hadden al naar dertig verschillende ideeën gekeken en normaal gezien springt er altijd wel één uit, maar dat was nu niet echt het geval. In het begin waren we van plan om een mooie zwart-witfoto te nemen of een olieverfschilderij, iets klassiek en rijk totdat ik een idee doorstuurde naar de rest met braille-figuren in verwerkt, en dat voelde meteen goed. Ik denk dat het ook een beetje de minimalistische lijn volgt van de Factory-platen van die ene band waarmee we zo vaak worden vergeleken en zelf van houden,” knipoogt hij richting de jaren tachtig.
Voor deze vijfde telg koos de band er weer voor om samen te werken met producer Ed Buller (Pulp, Slowdive, Suede), hoewel ze hem niet per se kozen vanwege zijn mixing- en engineering-capaciteiten maar eerder voor zijn uitstekende kennis van structuur en arrangementen. “Hij is de man die zegt hoe je je nummers kunt verbeteren, of er foute noten worden gebruikt, het nummer te snel of te traag gaat of wanneer er een akkoord is dat mogelijk meer geschikt is”, vertelt Cave. “Hij heeft White Lies altijd begrepen; wat we zijn, waar we heen kunnen en we vonden het heel belangrijk om hem nu weer aan boord te hebben. Het voelt soms aan alsof hij deel van de band is omdat hij zo’n grote invloed heeft.” Cave geeft als voorbeeld de lange outro van ‘Time to give’, die Bullers idee was. “Oorspronkelijk was die vrij kort, maar Ed stelde voor om de noten in de lucht te laten gaan en een piano te gebruiken, wat echt een geweldig idee was.”
Het nummer waarmee de plaat van start gaat is tevens de langste song die de band ooit heeft gemaakt én het nummer dat ze als laatste schreven. “We waren het bijna vergeten. Ik had er sinds onze sessies zelfs niet meer naar geluisterd en we hadden de tijd niet meer gevonden om het voor Jack (Lawrence-Brown) te kunnen spelen omdat het zo laat was geschreven. ‘Time to give’ kwam pas terug bovendrijven toen we met Ed in Californië zaten en door al het materiaal aan het gaan waren en Harry (McVeigh) het aan hem voorstelde. Daarna is het eigenlijk heel vlot verlopen: in anderhalve dag was de song klaar en opgenomen. Als ik er nu op terugkijk ben ik echt wel heel blij dat we ons ‘Time to give’ na al die tijd nog herinnerden, want het is waarschijnlijk een van de beste nummers van het album.”
Het schrijfproces verliep net als de vorige albums eigenlijk vrij rustig. “‘s Ochtends dronken we koffie en luisteren we muziek. Als we iets leuks hoorden, pikten we dat mee om te gebruiken en verder mee te experimenteren. We worden vaak gewoon beïnvloed door wat er op de radio speelt en laten ons niet per se leiden door een specifiek album. Ik herinner me veel verschillende kleine dingetjes die we wel ergens hebben gehaald. Zo is er een middensectie in ‘Never alone’ dat een beetje naar het verleden teruggrijpt en waar we duidelijk naar The Cure refereren. Vooral naar ‘Desintegration’, dat ons favoriete Cure-album is.”
Hoewel de band dit jaar zijn tiende verjaardag viert, voelt het voor Cave niet zo aan. “Sommige dagen lijkt het alsof we nog maar enkele jaren bezig zijn en andere momenten lijkt het wel alsof we ons hele leven hier al mee bezig zijn, omdat we elkaar al zo lang kennen. We speelden namelijk al samen voor we White Lies hebben opgericht en waren reeds goede vrienden. Het tijdsbesef is een beetje misvormd voor ons en ik denk niet dat het aankomende jubileum de plaat heeft beïnvloed. Desalniettemin zet het je wel aan het denken en doet het je terugkijken op de dingen die je al hebt verwezenlijkt als band.”
België zal voor White Lies altijd een speciaal plekje hebben omdat de groep in Brussel haar eerste twee platen opnam. Zelfs voor de band wereldwijd doorbrak, waren ze al in Belgische zalen te zien. “Om van zo vroeg die steun te krijgen in je carrière is hartverwarmend. We hebben overal al gespeeld en we houden ervan om telkens naar de AB te komen en de festivals te spelen. En natuurlijk voor het goede eten en het bier,” voegt Cave er nog grappend aan toe.
Op 1 februari verschijnt ‘Five’ via PIAS en op 20 februari komt White Lies naar ons land voor een concert in de Ancienne Belgique. Tickets zijn beschikbaar via de website van de zaal.