Voor een band die eigenlijk nog geen vermaarde plaat bezit en het moet hebben van een single en wat ander online luistermateriaal, kreeg Whitney Trefpunt goed gevuld. Of dat lag aan dat double bill-ticket met The Valerie Solanas & You Raskal You in Charlatan dezelfde avond, laten we hier nog in het midden. De bescheiden hype die de laatste maand rond Whitney als next big thing gecreëerd werd (“ex-leden van Smith Westerns”, “Pitchforks best new track”), bleek in elk geval niet onterecht, al vereist het merendeel van hun nummers nog wat sleutelwerk vooraleer het zestal er echt zal staan.
Vooral het begin van hun set bleek niet meer dan een gammel opstapje naar wat later een hoogtepuntje werd genoemd. We zijn dan wel fan van Julien Ehrlichs vocals – vakkundig balancerend tussen melig en melancholisch – maar in het openingstrio hadden zijn eentonige zangpatronen een iets te identiek tempo. Als zingende drummer neemt Ehrlich zijn rol van frontman trouwens nogal letterlijk: hij plantte zijn kit voor de rest neer en ontpopte zich al voor er een noot werd gespeeld tot nonchalante lolbroek. En dat is waar een ander schoentje knelde. Whitneys nummers zijn al bezwaarlijk uitgesponnen te noemen, en als je tussendoor langer onnozele mopjes maakt en halve gesprekken voert met twee mensen uit het publiek, komt dat de sfeer van de set niet direct ten goede. Fans lachten hartelijk, wij vroegen ons soms eerder af of er misschien een comedy cup georganiseerd werd.
Zoals daarnet werd aangehaald kwam vanaf ‘Polly’ de variatie bovendrijven (heerlijk passend trompetsolootje in de outro) en leken Ehrlich en co hun creativiteit alsnog te etaleren: de overduidelijke roes van de zes heren zette zich op de juiste manier om in een instrumentaal nummer met licht psychedelische sferen. Dat resulteerde in een intrigerende cover van The Everly Brothers, dat funky elementjes niet schuwde en Unknown Mortal Orchestra als invloed niet negeerde. Single ‘No woman’ resulteerde in datgene waar velen voor gekomen waren: een moment van zeemzoete indiefolk, zonder in stroperigheid te vervallen. Mocht het zittend geweest zijn: we zouden een staande ovatie niet uitsluiten, afgaande op een zweterig Trefpunt.
Helaas neigden de laatste nummers van de set weer meer naar het materiaal waarmee de show afgetrapt werd. Na een veertigtal minuten en zo’n tien liedjes viel het eveneens op hoe kort en vrijblijvend veel van Whitneys materiaal is. Structuren missen vaak durf, en in melodieën ontbreekt het wel eens aan kruiding. Potentieel heeft de band sowieso, evenals een aparte bezetting. Het zou ons verbazen mochten ze deze zomer niet nog eens op bezoek komen. Hopelijk zijn ze tegen dan al een pak volwassener als groep en qua geluid. Nuchter zullen ze nog steeds niet zijn.
In Trefpunt kan je binnenkort o.a. Black Mango (27.02), Utz (29.02) en Id!ots (5.03) aan het werk zien. Alle info en tickets vind je op de site van de concertzaal.