Brutus is hot. Sinds de release van hun eerste album ‘Burst’ gaat het hard voor het Leuvense trio. Die eerste lp bleek een zodanig explosieve brok te zijn, dat we ons afvroegen of het live nog wel harder zou kunnen gaan. Blijkbaar waren wij niet de enigen die zich deze vraag stelden, aangezien Democrazy afgelopen week het ‘Uitverkocht’-bordje mocht bovenhalen. De vele online smeekbedes om tickets doen vermoeden dat Brutus bij hun volgende stop in Gent wel eens naar het hoofdzaal van de Vooruit zouden kunnen verkassen.
Waar voorprogramma’s in het clubcircuit vaak het treurige lot wordt toebedeeld om te spelen voor een publiek bestaande uit drie verdwaalde fans en de organisatie zelf, stroomde de balzaal van de Vooruit al aardig vol voor The Guru Guru. Zelf omschrijven ze hun muziek als ‘indie-math-psycho-noise’. Protip: verzin een nieuw genre voor je band, dan ben je daar automatisch de beste in. De band plukte uit z’n degelijke debuut ‘P C H E W’, en speelde een uitermate strakke set. De toon voor de avond werd meteen gezet met albumopener ‘We had been drinkin’ bad stuff’. Het mocht duidelijk zijn, aan iets anders dan ‘bruuthard’ moesten we ons niet verwachten. Verdere hoogtepunten werden gevormd door het geweldige ‘Defacts’, en het beukende ‘BB I Can’. De toeschouwers die toen nog Leffe’s achterover aan het slaan waren in het café van de Vooruit hadden het bij het verkeerde eind.
Vervolgens werd het drumstel naar voren geschoven, op de ereplaats die de bezetting van Brutus vereist. Dat een goede drummer de hoeksteen is van elke zichzelf respecterende band is een gegeven feit. Bij Brutus vormt het slagwerk en de zang van frontvrouw Stefanie Mannaerts echter niet enkel de ruggengraat, maar ook het hart, die ziel, en zo goed als alle andere vitale organen. Gooi daarop het meesterlijke gitaarspel van Stijn Vanhoegaerden en het betere baswerk van Peter Mulders, en je krijgt een explosieve cocktail brok muzikaliteit.
Begonnen werd er met albumopener ‘March’, en ook de rest van het optreden zou Brutus voornamelijk teren op hun debuut ‘Burst’. Al vroeg in hun set ontbonden ze met publiekslieveling ‘Drive’ alle duivels. Waar Soulwax tegenwoordig drie drummers meezeult creëert Mannaerts op zichzelf genoeg energie om een middelgrote stad verscheidene maanden van stroom te voorzien.
Eigenlijk werd Mannearts tegen wil en dank ook opgezadeld met de rol van zangeres, als tijdelijke oplossing totdat er een betere stem zou gevonden worden. Onterecht zo bleek, want haar brede zangspectrum is haast een medisch mirakel. Als geen ander brult ze het stof van het plafond om dan fluisterend te vervolgen, zonder dat haar agressieve slagwerk hieronder lijdt. Uit de onhandige bindteksten van Mannearts bleek ook wel dat ze zich nog niet helemaal heeft gesetteld in haar rol van frontvrouw. Haar schuchtere houding vormde echter een vertederend contrast met de loeiharde nummers.
De sneltrein minderde pas vaart bij ‘Dancing on the face of a panther’, naar de normen van Brutus haast een ballade. De eerste toegift bestond uit de magistrale single ‘All Along’, een van de beste nummers op hun eerste plaat. Waar de studioversie al een knap stukje razernij is, ging Brutus live volledig door de rooie. Hierop breide Brutus met tweede bisnummer ‘Horde’ een eindstuk aan een wel heel strakke set.
Brutus heeft met hun unieke, en zeer getalenteerde bezetting, een ware succesformule in handen. We wensen hun dan ook het internationale succes toe, waar andere Belgische bands als Oathbreaker en Steak Number Eight hun al voorafgegaan zijn. Toen de bandleden onder begeleiding van ‘Eviva España’ het podium verlieten, en er zich een waar beukfeest manifesteerde, konden we ook echter niet anders vaststellen dan: O Gent, gij schoonste aller publieken, never change.