Rappen over mentale gezondheid, langzaamaan geen taboe meer

door Daan Leber

Hiphop wordt nog steeds te vaak geassocieerd met geweld, drugs, bitches en bling bling. Als grote media het over het genre hebben, is een spottende ondertoon vaak niet echt veraf. Hoewel deze clichés wel toepasbaar zijn op bepaalde subgenres, is een kentering ingezet. De muziek kent een duidelijke evolutie naar diepere onderwerpen. Het taboe dat rust op mentale gezondheid wordt beetje bij beetje gesloopt, ondanks dat het toegeven van een “zwakheid” in hiphop nog vaak aanzien wordt als not done. Deze evolutie is zeker toe te juichen, omdat het aan de eerder korte geschiedenis van het genre een extra dimensie toevoegt. In de VS hebben meer dan 30% van de inwoners ooit last van depressie. Als je daarbij de tol van de beroemdheid en een quasi ongelimiteerde toegang tot roesmiddelen aan toevoegt, is het niet te verwonderen dat veel rappers hier vroeg of laat op botsen.

kendrick-lamar-u-for-sale-video

Vooral in 2015 en 2016 waren opmerkelijke nummers te horen die depressie aankaartten, zowel van gevestigde waarden als ontpoppende talenten. De persoon die deze discussie op gang trok, was ongetwijfeld Kendrick Lamar. ‘To pimp a butterfly’ werd een instant classic, zeker door de manier waarop de rapper omging met de rassenproblematiek in de VS. Dit thema overschaduwde soms een andere kant van de plaat. Een van de beste nummers uit de opvolger van ‘Good kid, M.A.A.D. city’ was ‘u’, waarin Kendrick heel openhartig rapte over alcoholmisbruik en depressie. Door de pijlsnelle opmars naar wereldster die hij doormaakte, werd zijn tijd die hij thuis kon doorbrengen automatisch beperkt. In meerdere interviews vertelde de rapper over hoe moeilijk hij het had om om te gaan met het feit dat hij op bepaalde belangrijke momenten niet in Compton kon zijn. In ‘u’ rapt hij als een jeugdvriend die Lamar verwijt hem enkel te facetimen, in plaats van op ziekenhuisbezoek te komen.

Een ander vlak waarop Kendrick geprojecteerde verwachtingen van anderen moet torsen, is zijn relatie met de Black Lives Matter-beweging. Het refrein van ‘Alright’ wordt tegenwoordig vaak gezongen door protestanten in het kader van de Black Lives Matter-beweging, bijvoorbeeld op een Donald Trump-bijeenkomst. Toch aarzelt Kendrick zelf als hij het over de zwarte gemeenschap heeft. “Hoe kunnen we verwachten dat mensen ons respecteren, als we onszelf niet respecteren?”, vertelde hij in Billboard, wat bij bepaalde personen uit diezelfde gemeenschap zoals Azealia Banks negatief ontvangen werd. Ze verweet hem namelijk om een niet-bedreigende zwarte te zijn. Hierdoor zouden blanken op hypocriete wijze kunnen aantonen dat ze hun toch verbonden voelen met de strijd van de zwarten, maar innerlijk hun attitudes toch niet veranderen.

Die twijfel bij Kendrick komt ook in andere nummers terug. ‘The blacker the berry’ gaat in het begin over z’n zwarte trots, maar eindigt redelijk wrang als hij de hypocrisie in diezelfde zwarte gemeenschap aankaart. De ik-persoon in de song voelt zich een hypocriet omdat hij meehuilde toen Trayvon Martin neergeschoten werd, maar zelf wel persoonlijk verantwoordelijk is voor de dood van een andere zwarte. Met die ene line laat Kendrick zien dat het bij hem niet allemaal eenduidig is, en dat hij er een persoonlijke zoektocht heeft van gemaakt die hem niet licht bevalt. Er werd dan ook slechts minimaal met ‘To pimp a butterfly’ getoerd omdat het onder meer zo’n intieme en pijnlijke langspeler is, dat het een schande zou zijn om ze te herwerken tot een routineuze set.

Van een heel ander kaliber zijn de ontboezemingen van Kanye West. De artiest zonder uitlaatklep heeft namelijk ook een gevoelige kant. ‘808’s & heartbreak’ wordt door het grote publiek herinnerd als “de plaat met al die autotune”. Wat velen vaak over het hoofd zien, is dat het album een van de gevoeligste in zijn soort is. Na het overlijden van zijn moeder, Donda West, en het afspringen van een langlopende relatie, stortte Kanye in. Uiteindelijk kwam hij boven met een van de meest invloedrijke albums uit de laatste tien jaar. Zonder ‘808’s’ hadden we nu waarschijnlijk geen artiesten zoals Drake, The Weeknd of Future.

Op ’s mans laatste worp, ‘The life of Pablo’, rapt hij expliciet over Lexapro, medicatie tegen angstaanvallen en depressie (‘FML’) en sessies met een psychiater (‘No more parties in L.A.’). Kanye’s problemen lijken samen te gaan met zijn enorm ego, maar ook met grote kwesties die hij ietwat naïef persoonlijk wil aanpakken. Die gaan verder dan z’n wens de fashionwereld binnenstormen. Op zijn Twitteraccount plaatste hij een flowchart met daarin alle wereldproblemen die hij hoopte te kunnen veranderen. De afbeelding werd enorm geridiculiseerd (onder andere HIV genezen en een emoticon-autocorrect uitvinden stond op het lijstje), maar er zijn wel out-of-the-boxdenkers nodig om verandering teweeg te brengen. Op ‘Real friends’ komt een gelijkaardig sentiment als bij Kendrick Lamar bovendrijven. Kanye heeft het over hoe hij zijn vrienden van destijds in de steek heeft gelaten, en hoe de tol van zijn roem weegt op zijn aanwezigheid bij familie.

Earl Sweatshirt

Hoewel het in geval van depressies onmogelijk is om twee verschillende cases met elkaar gelijk te stellen, kunnen op tekstueel vlak wel parallellen getrokken worden. Een van die vergelijkingen is die tussen Earl Sweatshirt (foto) en Future. Beiden hebben het niet expliciet over hun mentale toestand, maar toch zijn er enkele overeenkomsten. Earl Sweatshirt bracht met ‘I don’t like shit, i don’t go outside’ een van de donkerste rapalbums van 2015 uit. Die plaat kan niet los van de rapper z’n voorgeschiedenis gezien worden. Hij werd op 16-jarige leeftijd de hemel in geprezen toen OFWGKTA de blogosfeer veroverde. Op het hoogtepunt van het collectief, was Earl echter nergens te bespeuren. Later bleek dat de rapper met zijn karakteristiek stem en slimme wordplay door zijn moeder naar een instituut voor “moeilijke jongeren” in Samoa gestuurd was.

Al meteen bij zijn terugkeer naar de bewoonde wereld werd duidelijk dat hij veel volwassener geworden was. Op ‘Doris’ liet hij de choquerende teksten achterwege, en was een donkerder geluid te horen dan bij de rest van Odd Future. Bij de surpriserelease van ‘I don’t like shit, i don’t go outside’ bleek (achteraf gezien) dat Odd Future dood was. Ongetwijfeld heeft de verwaterde vriendschap met Tyler The Creator een grote impact op Earl gehad.

Een ander verhaal is dat van Future. De, in tegenstelling tot Earl Sweatshirt, zeer extraverte rapper, maakt ook een heel andere soort hiphop. Die vermengt de Atlanta-trapsound met de gevestigde clichés van het genre. Toch zitten onder alle lagen autotune en opzwepende beats veel persoonlijke teksten verborgen. Zeker op zijn laatste albums en mixtapes is die evolutie merkbaar. Hoewel soms minder spitsvondig gebracht dan door zijn collega’s, gaan de teksten over het omgaan met geld en stukgelopen relaties. Lyrics als “Got my dick sucked and I was thinking about you/ I was fucking on a slut and I was thinking about you/ When you’re fucking another nigga hope you’re thinking about me” zijn niet meteen subtiel, maar toch schuilt achter die stoerdoenerij een gevoeligheid die niet meteen verwacht wordt. Een ander voorbeeld hiervan is zijn hit ‘Purple reign’. Op het eerste zicht lijkt de song te gaan over hoe hij zijn vriendin mist, tot blijkt dat de rapper het over zijn lean heeft.

Hoewel hun sounds mijlenver uit elkaar liggen, gingen beide artiesten op een gelijkaardige manier om met hun verdriet en emoties. “Omgaan” is misschien slecht gekozen, want allebei vluchtten ze in overmatig druggebruik. Bij Earl ging het voornamelijk om marihuana en Xanax, Future wordt onlosmakelijk verbonden met zijn consumptie van lean (een mengeling van hoestsiroop op basis van codeïne, Sprite en promethazine die een verdovende roes opwekt). Aangezien beide artiesten hierover rappen, hebben ze de energie gevonden om dit te verwerken in muziek en hun getormenteerde toestand deels achter zich te laten.

future-GQ-2015-1215-02

Deze artiesten tonen aan dat hiphop vaak dieper gaat dan algemeen gedacht wordt. Als in de “klassieke” gitaarmuziek wordt gezongen over deze onderwerpen, kijken weinigen daar nog van op. Hiphop heeft altijd zijn imago tegen zich gehad, maar uit deze voorbeelden blijkt dat een kentering zich heeft ingezet. Het genre ontstond natuurlijk door feestjes, en wordt nog steeds door veel jongeren gezien als een opstap naar roem en geld – maar vooral ook naar een beter leven. Verschillende grote artiesten hebben het zelf gemaakt van straatschoffie tot miljonair. Uiteraard is het dan logisch dat jongeren in een gelijkaardige achtergestelde situatie hen als idolen aanbidden. Toch hoeft die zoektocht naar een betere toekomst er niet toe leiden dat er niet over diepere, meer introspectieve onderwerpen gepraat wordt. Zeker door hun jeugdige leeftijd kunnen artiesten als Kendrick Lamar en Earl Sweatshirt een inspiratiebron en steun zijn voor jongeren die zoekende in het leven zijn, en zich daardoor soms overweldigd voelen. De kracht van bijvoorbeeld Future is de impliciete boodschap die hij meegeeft aan zijn muziek. Hoe diep je ook zit, er is altijd wel een mogelijkheid om je zorgen even te vergeten door een feestje te bouwen.