Thurston Moores ‘By the fire’ biedt voor elk wat wils

door Martijn Bas

Hij mag dan inmiddels bij de zestigplussers gerekend worden, aan uitbollen denkt Thurston Moore nog lang niet. Na de split van Sonic Youth is deze gitaarheld net als z’n andere ex-bandleden op regelmatige basis albums blijven uitbrengen. Z’n laatste worp ‘Spirit counsel’ is amper een jaar oud en hier presenteert hij weer opnieuw een lijvig dubbelalbum. Waar ‘Spirit counsel’ echter uit drie grote improvisatie sessies bestond, is ‘By the fire’ een terugkeer naar echte songs.

Debbie Googe van My Bloody Valentine (bas) en virtuoos James Sedwards (gitaar) vergezellen Moore opnieuw, net als ex-Sonic Youth collega Steve Shelley (drums)  – al doet die laatste dat slechts voor één nummer. Verder is het Jem Doulton (o.a. Róisín Murphy) die de songs van een ritme voorziet en staat Jon Leidecker (Negativland) in voor de elektronica. Dan hebben we nog de teksten, en die zijn op twee nummers na volledig geschreven door transgender-poëet Radieux Radio. Opgeteld zijn dat wel een aantal namen waar Moore mee samenwerkt, en toch is het voornamelijk the man himself die z’n stempel drukt op ‘By the fire’. Z’n naam staat dan ook niet voor niets in grote letters op de hoes.

Met ‘Hashish’ en ‘Cantaloupe’ als openingstracks krijgen we meteen twee rockers voorgeschoteld, waarvan ‘Hashish’ ons echte ‘Sunday’-vibes geeft en ‘Cantaloupe’ diepgeworteld is in de fuzz van de jaren 70. Geen misse nummers, maar voor ons mag het wat uitdagender als we het over Thurston Moore hebben. Vanaf het onvoorspelbare ‘Breath’ verdubbelen de songs echter in lengte en wordt het veel interessanter. Vooral ‘Siren’ mag zich nu al tot het beste van Moores solowerk rekenen. In beide tracks nemen duellerende gitaren geduldig hun tijd om zich te ontvouwen en brengen tijdens dat proces heerlijke melodieën en stormachtige noise ten gehore.

Na de eerste lp beluisterd te hebben wekt ‘By the fire’ de valse indruk een succesvolle herhalingsoefening te zijn van ‘Rock’n roll consciousness’, ware het niet dat er nog 43 minuten volgen op plaat nummer twee – en daarin gaat het toch net wat experimenteler aan toe. ‘Dreamers work’ is een less is Moore rustmomentje dat geen ritmesectie behoeft, louter steunend op de zachte zang van Thurston en interessante gitaarakkoord-overgangen. ‘They believe in love’ contrasteert dan weer met dissonante riffs en hakt er meteen stevig in. Dit is een track die de Sonic Youth-fan zeker zal bekoren.

‘Locomotives’ en ‘Venus’ – goed voor maar liefst 30 minuten aan muziek – zijn spannende trips waarin Thurston Moore en z’n band ons op een haast Swans-achtige wijze geselen met onheilspellende gitaar-drones. Die eerstgenoemde track krijgt uiteindelijk nog een soort van ontlading door een melodieuze finale, ‘Venus’ daarentegen – voortgedreven door dansbare drums en ambient gitaarwerk – loodst je binnen in een brandende hel zonder enige kans op ontkomen. Het effect is bevreemdend, maar we hadden ons zelf geen betere afsluiter kunnen inbeelden.

Gaande van rechttoe-rechtaan rock tot het complexere werk dat aan Sonic Youth refereert, en van experimentele trips tot goed geplaatste adempauzes biedt ‘By the fire’ voor elk wat wils. De soms geforceerde gitaarsolo’s van ‘Rock ’n’ roll consciousness’ hebben plaats gemaakt voor een meer avontuurlijk sound, leidend tot een divers dubbelalbum. Is dit Thurston Moore z’n beste soloplaat? We durven stellen van wel. Deze grote meneer hoeft wat ons betreft nog lang niet met pensioen.