De Franse flamboyante psychedelische rockgroep Moodoïd blijft verbazen. Waar ‘Le monde möö’ al extravagant en buitensporig was, gaat ‘Cité champagne’ net dat tikkeltje verder. Eerder liet frontman Pablo Padovani (ook actief als gitarist van Melody’s Echo Chamber) al weten dat het nieuwe album erotisch, opzwepend en gewaagd zou zijn, en deze belofte maakt hij dan ook waar. Het ene moment probeert hij te verleiden in het Frans, het andere moment in het Engels. Dat maakt het extra interessant en verrassend. Verder flirt Moodoïd vooral met de jaren 80, met hier en daar een knipoog naar Prince.
Met openingszin “je voudrais te connaître” is de opzwepende toon dan ook meteen gezet. ‘Langage’ is enerzijds heel mechanische en bevat bijna robotachtige synths waardoor het heel clean wordt. Anderzijds is er de creatie van een droomwereld die tegelijkertijd heel teder en als een warm, zacht dekentje aanvoelt. ‘Reptile’ doet kronkelen en heeft een subtiel verontrustend kantje.
Het trage ‘Bye bye’ contrasteert dan weer met de overwegend snelle nummers op het album. Daarbovenop wordt er een overdosis aan autotune gebruikt wat voor een nog grotere stijlbreuk zorgt. ‘Chamberlain hotel’ pompt opnieuw leven in de plaat, en het voelt alsof je hoofd het balletje in een flipperkast is. Het gejaagde ritme in combinatie met langere spacy intermezzo’s laat je hoofd alle kanten op rollen met als doel een zo hoog mogelijke score te behalen. ‘Helena’ zou de soundtrack kunnen zijn bij een arobicsvideo waarin Jane Fonda op verleidelijke wijze de spieren losgooit. Na inspanning komt doorgaans ontspanning, en het is afsluiter ‘Kasbah’ die ons langzaam in slaap wiegt.
‘Cité champagne’ is teder en zacht, maar tegelijkertijd ook vurig en passioneel. Moodoïd doet regelmatig vonken overslaan, en we kunnen niet anders dan vallen voor z’n charmes.
Moodoïd speelt donderdag 4 oktober in de Botanique (info & tickets).