Na een goed onthaalde eerste ep, leek het tussen shoegaze en postpunk schipperende Flasher helemaal klaar voor het grote werk. Dat was ook label Domino niet ontgaan, dat het uit Washington DC afkomstige trio prompt een platencontract aanbood. Gedaan met de DIY-ethos van hun eerste worp. Samen met producer Nicolas Vernhes, die de laatste plaat van Ought producete en voordien ook meewerkte aan platen van The War on Drugs en Deerhunter, dook Flasher voor enkele weken de studio in. Met als resultaat het bitterzoete ‘Constant image’, dat ons een beetje op onze honger laat zitten.
Eerste single ‘Pressure’ stuitert vrolijk in het rond, aangedreven door Daniel Sapersteins bonzende baslijnen en Taylor Mulitz’ (ex-Priests) hoekige gitaarriffs. De vocalen verdeelt het drietal, net als op de rest van het album, broederlijk onder elkaar. Drumster Emma Baker geeft het geheel een vrouwelijke toets. Nu eens horen we ze samen in harmonie, dan weer bouwen ze afwisselend de spanning op.
Niet altijd een even geslaagd huwelijk, zo blijkt. Zeker wanneer het tempo wat naar omlaag gaat, durven de zangpartijen weleens te gaan vervelen – of zelfs enerveren – en klinkt het geheel nogal mak. In eerder inspiratieloos afgehaspelde nummers als ‘Harsh light’ en ‘Sun come and golden’ kunnen ze moeilijk overtuigen en valt eveneens op dat ze hun postpunk-verleden toch grotendeels de rug toegekeerd hebben.
Nee, Flasher komt beter tot zijn recht wanneer de vlam in de pan slaat. Vinnigere nummers als ‘Who’s got the time?’, ‘Skim milk’ en ‘Pressure’ tonen de ware sterkte van dit drietal. Leuk zijn ook de speelse, naar The B-52’s doen wegdromende keyboards die regelmatig de kop opsteken.
Op debuutalbum ‘Constant image’ horen we een jonge band die een nieuwe weg inslaat en vastberaden lijkt om dat pad verder te bewandelen. De eerste positieve reacties van de pers doen geloven dat het hen geen windeieren zal leggen. Het ontbreekt Flasher echter nog aan enkele steengoede songs waarmee ze echt het verschil kunnen maken. Een slecht debuut is het zeker niet, het mocht gewoon allemaal wat minder braafjes. Leuk voor een paar luisterbeurten, maar de kans is eerder klein dat je deze over een jaar of vijf nog eens oplegt.