Na vier jaar radiostilte is Eels terug met album nummer twaalf. De band rond Mark Oliver Everett is al twintig jaar een muziekliefhebberslieveling. Debuut ‘Beautiful freak’ zou in een ideale wereld in ieders platenkast staan. Frontman E. staat dankzij zijn levensloop gekend als tragic guy – de legende wil dat kunstenaars hun beste werk produceren wanneer ze zich in het diepste dal bevinden. Volgens velen is dat bij E. niet anders, maar wordt het niet eens tijd dat we ons ontdoen van deze gedachte? Kunnen we Mark niet toelaten om gelukkiger te zijn dan in 1996? Ondanks alle persoonlijke drama’s die de frontman onderging, is Eels ondertussen veel meer is dan de traumatische terugblikken van Mark.
Het grootste verschil met voorganger ’The cautionary tales of Mark Oliver Everett’ is de afstandelijkheid die de kersverse vader voor de dag legt. Eels graaft minder diep en zet zijn beslommeringen niet centraal. Dat werd duidelijk in de vier nummers die het album vooraf gingen. Met uitzondering van de strijkers in het titelnummer en het bluesy ‘Bone dry’ waren die nummers nogal eenvormig. Gelukkig krijgen we meer afwisseling in de deep cuts. Zo is ‘You are the shining light’ heerlijk opzwepend, mede dankzij een gitaar die plots voorbij scheert. Halverwege zit het bemoedigende ‘Rusty pipes’, dat je ondanks de meest onaangename wekker toch vrolijk de dag doet beginnen. Minder opgewekt worden we van het kleffe ‘Sweet scorched earth’, inclusief “You and me, together”. Nee, geef ons als liefdesnummer dan maar afsluiter ‘In our cathedral’, waarin Eels z’n pen wél gescherpt heeft.
Het meest kenmerkende aan het album blijft Marks helende hese stem. Pijn wordt altijd net dat tikkeltje dragelijker wanneer je naar Eels luistert. Hoewel de focus op de pijn an sich er veel minder is, is er nog steeds ruimte voor wat reflectie. In tegenstelling tot sommige oudere albums ontbreekt hier alle negativiteit en kilte. Zelfs E bewijst dat je in verdriet en miserie geluk mag (en kan) vinden. Begrijp ons niet verkeerd: Eels is niet plotseling een ‘happy happy joy joy’-band, integendeel. Onaangename gebeurtenissen spelen nog steeds de hoofdrol in het merendeel van de teksten, al heeft E. de positiviteit van het leven leren omarmen.
‘The deconstruction’ lijkt met zijn idyllische intermezzo’s en vogeltjesgekwetter wel een hedendaags sprookje. Op deze verfoeilijke wereldbol mogen we zonder naïef te worden wel eens genieten van wat positiviteit. We krijgen een metafoor voor het onophoudelijke leven zelf, een leven waarin de mindere elementen verwaarloosbaar zijn in het grotere geheel.
Eels speelt zondag 8 juli op Rock Werchter (info & tickets).